Vitamine

Een vitamine is een micronutriënt, een voedingsstof die in heel kleine beetjes voorkomen in je eten en drinken. Het lichaam heeft ze nodig om gezond te blijven en normaal te kunnen groeien en ontwikkelen. Je lichaam kan veel vitamines niet, of niet voldoende, zelf aanmaken. Daarom is het belangrijk dat je er dagelijks genoeg binnen krijgt. Sommige vitamines kunnen door het lichaam zelf worden geproduceerd, voorbeelden daarvan zijn vitamine B3 (uit tryptofaan) en vitamine D (in de huid door blootstelling aan UV-B-straling).

Geschiedenis

In de 1e helft van de 20e eeuw, zo rond 1906, werden vitamines ontdekt. Men merkte namelijk dat voedsel met bepaalde stoffen essentieel zijn voor het behoud van een goede gezondheid. Deze stoffen kregen de naam ‘vitamines’. Christiaan Eijckman ontdekte de 1e vitamine en noemde deze thiamine. Thiamine is nu beter bekend als vitamine B1.

Aanvankelijk dacht men dat alle vitamines een amine-structuur hadden; de naam, die in 1912 bedacht werd door Casimir Funk, is dan ook een combinatie van het Latijnse “vita”, wat leven betekent, en het woord “amine”, wat stikstof bevattende verbinding betekent. Later ontdekte men dat niet alle vitamines stikstof (amine) bevatten, maar het woord ‘vitamine’ was toen al algemeen in gebruik.

Bij de naamgeving van vitamines is aanvankelijk uitgegaan van een eenvoudige 1-letternaamgeving, zoals vitamine A. Naderhand zijn de vitamines ingedeeld naar functionele werking. Vitamines die nodig zijn voor de werking van enzymen vallen onder de klasse van co-enzymen. Op een gegeven moment is men opgehouden met het toekennen van de benaming “vitamine” aan nieuw ontdekte essentiële nutriënten. Foliumzuur en biotine worden, hoewel ze ook nog in (meestal) oude teksten een vitamine B-benaming hebben, vrijwel altijd met hun stofnaam aangeduid. Dat is ook hoe tegenwoordig met essentiële nutriënten wordt omgegaan.

In de periode tot aan 1970 zijn er in onderzoek met name methoden ontwikkeld om vitamines na te maken, zoals we ze nu in supplementen kennen. Na 1970 veranderde de onderzoeksrichting meer naar de (preventieve) rol van vitamines bij ziekten.

De verschillende vitamines

In vet oplosbare vitamines

Je vindt vet oplosbare vitamines vooral uit producten die vet bevatten, zoals boter, vis, vlees, noten en melk. Dat is ook waarom ze vet oplosbare vitamines worden genoemd. Deze vitamines worden vervolgens via je darmen opgenomen en opgeslagen in je lever en de weefsels van je lichaam, tot het moment je lichaam ze nodig heeft.

De vet oplosbare vitamines zijn:

In water oplosbaar

Wateroplosbare vitamines vind je juist in het vocht van voedingsmiddelen, wat ook de reden is dat ze zo genoemd worden. Deze vitamines worden snel in je bloed opgenomen. Maar als je lichaam ze op dat moment niet nodig heeft, dan gaat het teveel aan vitamines direct met je urine je lichaam weer uit. Het is dus belangrijk deze vitamines regelmatig aan te vullen!

De wateroplosbare vitamines zijn:

  • vitamine B1
  • vitamine B2
  • vitamine B3
  • vitamine B5
  • vitamine B6
  • vitamine B8
  • vitamine B11
  • vitamine B12
  • vitamine C

Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid

De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH) is een gemiddelde dat aangeeft hoeveel we dagelijks van een vitamine of mineraal nodig hebben, volgens de Gezondheidsraad. Deze richtlijn is echter afgestemd op het voorkomen van gebreks ziektes en is dus een minimale dosering.

In september 2018 heeft de Gezondsheidsraad nieuwe voedingsnormen voor vitamines en mineralen opgesteld. Je kunt dit advies zelf bekijken op hun website onder de zoekwoorden voedingsnormen – volwassenen. De Gezondheidsraad geeft, in Nederlandons, advies over zaken rondom onze gezondheid, als onafhankelijk adviesorgaan, aan de overheid.

Adequate Inname (AI)

In sommige gevallen wordt de adequate inneming (AI) genoemd in plaats van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Dit komt omdat er niet altijd een aanbevolen dagelijkse hoeveelheid is vastgesteld. Soms is er onvoldoende informatie beschikbaar om de gemiddelde behoefte te bepalen. In zo’n geval gebruiken we bredere informatie, bijvoorbeeld van de Europese Unie of de Verenigde Staten.

Referentie Inname (RI)

Op het etiket van een vitaminesupplement vind je de term Referentie Inname (RI). Dat is de ADH die in Europa wettelijk is vastgelegd. Het is een gemiddelde referentie inname, die geldt voor het grootste deel van de bevolking, net als bij de ADH.

De optimale dosering ligt vele malen hoger en is van verschillende factoren afhankelijk ook hebben we niet allemaal evenveel nodig.